McLaren CEO Zak Brown heeft een duidelijke boodschap: ondanks de dreiging van Max Verstappen blijft McLaren beide coureurs gelijke kansen geven. Geen teamorders, geen voorkeurscoureur. Piastri en Norris mogen blijven racen tot de laatste ronde in Abu Dhabi. Het is een nobele filosofie, maar experts waarschuwen: zonder teamorders riskeer je het kampioenschap.
De Situatie
McLaren heeft het snelste pakket. Ze zouden het kampioenschap moeten domineren. Maar door hun twee coureurs vrij te laten racen, bestaat het risico dat ze elkaar punten afsnoepen terwijl Verstappen profiteert. Baku was daar het perfecte voorbeeld van. Brown blijft echter bij zijn standpunt. Hij wil beide coureurs een eerlijke kans geven en de strijd open houden tot de finale. Het is sportief, het is eerlijk, maar is het ook slim?
De Kritiek Vanuit de Paddock
Voormalig Haas-teambaas Guenther Steiner is er duidelijk over: "McLaren moet nu beslissen wie de leider wordt om te voorkomen dat ze het kampioenschap verliezen." Steiner heeft jarenlange ervaring in F1 en weet hoe snel een comfortabele positie kan veranderen in een ramp.
Nederlandse analist Kees van de Grint was nog directer. Hij waarschuwde dat McLaren "slaappillen nodig zal hebben" als Verstappen in Singapore wint. De psychologische druk zou dan ondraaglijk worden. Een team dat gewend is aan dominantie moet plotseling vechten voor overleving.
Deze kritiek is niet ongegrond. Geschiedenis heeft herhaaldelijk aangetoond dat teams die weigeren teamorders in te zetten, daarvan de gevolgen dragen. Het meest beruchte voorbeeld is misschien wel McLaren zelf in 2007, toen Hamilton en Alonso elkaar het kampioenschap afsnoepten en Räikkönen in een Ferrari de titel pakte.
Het Argument van Brown
Zak Brown heeft zijn redenen om vast te houden aan de huidige aanpak. Ten eerste: beide coureurs hebben eerlijk geracet en punten gescoord. Waarom zou je dan kunstmatig iemand bevoordelen? Het zou de teamharmonie kunnen schaden en de benadeelde coureur demotiveren.
Ten tweede: McLaren gelooft dat ze snel genoeg zijn om Verstappen voor te blijven, ongeacht wie van hun coureurs de titel wint. Door beide coureurs vrij te laten racen, maximaliseer je de kans dat één van hen het kampioenschap wint.
Ten derde: het is goed voor het merk McLaren. Fans waarderen sportiviteit. Door geen teamorders op te leggen, positioneert McLaren zich als het team dat sportieve waarden boven alles stelt. Dat is waardevol in een tijd waarin F1 steeds commerciëler wordt. Brown noemt Verstappen een "disruptor" in de titelstrijd. Hij erkent de dreiging, maar weigert zijn filosofie aan te passen. Het is een gok, maar wel eentje waar Brown volledig achter staat.
Het Risico
Het probleem met Browns aanpak is dat het ervan uitgaat dat McLaren blijft domineren. Maar Baku heeft laten zien dat dat niet gegarandeerd is. Piastri crashte twee keer. Norris maakte fouten. Verstappen won. Plotseling ziet de situatie er heel anders uit.
Stel dat Piastri en Norris in de komende races elkaar blijven aanvallen. Ze vechten voor posities, maken contacten, kosten elkaar tijd. Ondertussen cruist Verstappen rustig naar podiums en zeges. Elke ronde komt hij dichterbij. Op een gegeven moment is het te laat om nog teamorders in te voeren.
Dit scenario is niet hypothetisch. Het gebeurt regelmatig in F1. Teams die te lang wachten met een beslissing verliezen het kampioenschap omdat hun coureurs elkaar uitschakelden. McLaren lijkt vastbesloten om niet die fout te maken, maar loopt wel het risico door überhaupt geen beslissing te nemen.
De Interne Dynamiek
Een ander aspect is de relatie tussen Piastri en Norris. Tot nu toe is die goed geweest. Ze respecteren elkaar, racen eerlijk en accepteren het team's beleid. Maar wat gebeurt er als de druk toeneemt?
Norris is al langere tijd bij McLaren en wordt door velen gezien als de natuurlijke leider. Maar Piastri leidt het kampioenschap. Moet het team dan Norris steunen vanwege senioriteit, of Piastri omdat hij vooraan staat? Het is een onmogelijke keuze.
Door geen keuze te maken, vermijdt Brown deze interne discussie. Maar hij stelt het alleen maar uit. Op een gegeven moment moet die keuze gemaakt worden, of het nu expliciet is via teamorders of impliciet door hoe de races zich ontwikkelen.
Wat Zeggen de Coureurs?
Noch Piastri noch Norris heeft publiekelijk gepleit voor teamorders. Beide coureurs willen het kampioenschap winnen op eigen kracht. Dat is begrijpelijk en respectabel. Geen enkele coureur wil een titel winnen omdat het team de andere coureur opdracht gaf te vertragen. Maar als de situatie verslechtert, kan dat veranderen. Als Verstappen binnen 30 punten komt, zal één van de McLaren-coureurs misschien toch toegeven dat teamorders noodzakelijk zijn. Tegen die tijd kan het te laat zijn.
Singapore als Test
De Grand Prix van Singapore wordt cruciaal. Als McLaren sterk is en Piastri wint terwijl Norris tweede wordt, dan lijkt Browns strategie vindicated. Het gat met Verstappen groeit weer en de druk neemt af. Maar als Verstappen wint en de McLarens elkaar hinderen? Dan wordt de discussie over teamorders onvermijdelijk. Brown kan zijn filosofie blijven verdedigen, maar de rest van de paddock zal hem vertellen dat hij het kampioenschap aan het weggooien is.
Conclusie
McLaren bevindt zich op een strategisch kruispunt. De beslissing om geen teamorders te gebruiken is sportief bewonderenswaardig, maar strategisch riskant. Brown gokt dat zijn coureurs professioneel genoeg zijn om niet elkaars kampioenschapskansen te ruïneren, en dat de auto snel genoeg is om Verstappen voor te blijven.
Maar F1 is genadeloos. Eén fout, één crash, één slechte pitstop kan alles veranderen. En als McLaren uiteindelijk toch teamorders moet invoeren, zal het te laat zijn. De kunst is om het juiste moment te vinden, en dat moment lijkt steeds dichterbij te komen.
Voor neutrale fans is dit fascinerend. Een team dat vasthoudt aan sportieve principes versus de pragmatische noodzaak om te winnen. Wat weegt zwaarder: idealen of resultaten? McLaren is op het punt beland waar die vraag beantwoord moet worden.
0
