Lewis Hamilton heeft het zwaar bij Ferrari. De zevenvoudig wereldkampioen, die met 104 polepositions, 105 zeges en meer dan 200 podiumplaatsen tot de meest succesvolle coureurs aller tijden behoort, staat in 2025 pas zesde in het kampioenschap. Teamgenoot Charles Leclerc heeft hem ondertussen al 74 punten om de oren gegeven. Het contrast met zijn status én zijn verwachtingen kon nauwelijks groter zijn.
Lastige Ferrari dwingt extreme keuzes af
Volgens voormalig IndyCar-coureur en analist James Hinchcliffe begint het allemaal bij het materiaal. De SF-25 is simpelweg geen auto die Hamilton ligt. “Ferrari heeft dit jaar geen moment écht in de buurt van een overwinning gezeten”, stelt hij. Leclerc sleepte weliswaar zeven podiums binnen, maar zelfs dat kwam vaak met hangen en wurgen.
Eén uitzondering, Hongarije, had voor Ferrari een sprookje kunnen worden. Leclerc stond op een verrassende pole, reed lang aan de leiding, maar een mechanisch probleem maakte vroegtijdig een einde aan iedere vorm van hoop. Hoe competitief Ferrari écht was, zullen we nooit weten.
Omdat de basisauto tekortschiet, gaat Ferrari steeds extremere afstellingen proberen om nog ergens tijd te vinden. Volgens Hinchcliffe het logische gevolg van een structureel probleem: “Je gaat op zoek naar honderdsten of duizendsten, maar de auto wordt daardoor vaak bijna onbestuurbaar.”
En Hamilton? Die krijgt daar nauwelijks iets voor terug. Zelfs een discomfort-setup levert niet genoeg pace op om mee te doen voor de knikkers. Voor een coureur die bijna twee decennia gewend is om altijd vooraan te strijden, is dat een mentale dreun.
Cultuurshock in Maranello
Maar het probleem zit dieper dan puur prestaties. Hamilton is niet alleen van team veranderd, maar ook van wereld. Na bijna twintig jaar bij Britse teams belandde hij in het hart van Italië — het enige topteam dat volledig buiten het VK opereert.
Ferrari-baas Fred Vasseur gaf al toe dat de integratie veel langer duurt dan vooraf gedacht. Hamilton zelf bevestigde dat. Geen verrassing, zegt Hinchcliffe: “Ik heb teams gehad die op tien blokken afstand lagen en zelfs dan voelde de cultuur compleet anders.”
Het gaat niet om procedures — daar wen je aan, zegt Hinchcliffe — maar om de non-verbale hints, de manier waarop engineers communiceren, wanneer een coureur moet pushen of juist moet meebuigen, hoe een groep binnen de pitmuur reageert op foutjes of op succes. “Dat leer je alleen in échte racesituaties”, aldus de Canadees.
Hamilton weet wat hij nodig heeft om optimaal te presteren. Ferrari heeft al decennialang een eigen manier van werken. Als die twee werelden botsen, ontstaat er frictie. En die is voelbaar.
2026 als kans op een totale reset
Toch ziet Hinchcliffe ook een lichtpunt. Het seizoen 2026, waarin de Formule 1 volledig overstapt op nieuwe regels, biedt een unieke kans voor zowel Hamilton als Ferrari. “Het is hét moment om opnieuw te beginnen,” stelt hij.
Hamilton krijgt invloed op het ontwerp van de nieuwe auto, iets waar hij tot nu toe nog geen stempel op kon drukken. Maar hij moet die kans ook gebruiken om stap voor stap zijn werkwijze in de Ferrari-cultuur te laten indalen — zonder de indruk te wekken dat hij het systeem wil omgooien.
Te agressief veranderen werkt averechts. Te voorzichtig blijven betekent dat hij nooit krijgt wat hij nodig heeft.
Wat als het klikt?
De grote vraag blijft: bouwt Ferrari eindelijk weer een auto waarmee het team vooraan meevecht? En vindt Hamilton de chemie die hij bij Mercedes wél had?
Als beide puzzelstukken in elkaar vallen, dan kan het avontuur tussen Hamilton en Ferrari alsnog een succesverhaal worden. En mocht dat gebeuren, schrijft Hinchcliffe, “dan zouden beide partijen daar zóveel plezier aan beleven.”
3

919
Posts: 3.880
Nee... Gaat hem niet worden...