Dakar: Riezebos heeft handen vol aan onderhoud

Het to-do-lijstje van Jasper Riezebos loopt over. Na de vierde en vijfde etappe die samen de marathonetappe vormden heeft de motorrijder in Uyuni zijn handen meer dan vol. "Ik kom in tijdnood", vreesde Riezebos bij aankomst in Bolivia, na een special van 327 kilometer die hij aflegde met de 86ste tijd.

Na twee dagen zonder enige vorm van onderhoud heeft Riezebos veel te doen. "Eerst de olie, dan de banden, maar dat wordt laat, want de jongens van DakarSpeed zijn nog lang niet hier en die hebben mijn banden bij zich. De keringen zijn ook al lek. Woensdag al. In het bivak stonden er wel 60, 70 met lekkende voorpoten. Komt door de modder. Die wordt hard en die brokken slaan gewoon de keringen eruit. En ik kan wel naar KTM, maar hun fabrieksrijders hebben ook alles kapot, dus dat gaat ook lang duren."

De boel was in de vierde etappe al aan het lekken, maar in de vijfde werd het nog erger. Met dank aan Riezebos' quadvrienden. "Ik had al gezien dat het een proef zou worden voor quads en ik was blij dat ik gisteren zo goed had gereden dat ik niet weer tussen de quads moest starten. Maar bij de start keek ik even achterom en wat denk je? Een hele batterij quads! Tot 20 kilometer na de tankstop heb ik ze achter me kunnen houden, maar toen kwam het hele spul voorbij. Doffe ellende."

In het laatste deel van de proef – juist in een deel wat Riezebos wat beter lag – kwakte hij ook nog eens tegen de grond. "Dom van mezelf. Ik reed in een spoor en het opstapje was glad. Daar lag ik. Gelukkig niets aan de hand."

Van de hoogte – het hoogste punt in de proef was 4700 meter – had Riezebos geen last. "Vorig jaar ging ik hier in Uyuni bijna dood, maar nu sta ik te lachen. Geen centje pijn. Maar goed ook, want ik kom om in het werk."